FD.nl, 15 juli 2011

Wie vraagt om het gemiddelde krijgt het gemiddelde

Voor een beheerder van een beleggingsfonds is het riskant geworden om af te wijken van het marktgemiddelde.

Beleggingsfondsen beconcurreren elkaar om het geld van de consument. De consument heeft de neiging om beleggingsfondsen te beoordelen op basis van kortetermijnprestaties ten opzichte van het marktgemiddelde. Als een fonds beter heeft gepresteerd dan zijn concurrenten dan kan een dergelijke prestatie worden beloond met een grote instroom van nieuwe beleggers. Als het resultaat van een fonds echter tegenvalt, dan wordt het gemakkelijk ingeruild voor een ander.

Voor een beheerder van een beleggingsfonds is het daarmee riskant geworden om af te wijken van het marktgemiddelde. In deze column laat ik grafisch zien in welke mate beleggingsfondsen zich met hun prestaties hebben onderscheiden van het marktgemiddelde.

Strategie, stijl of thema

Ik heb gegevens verzameld van in Amerika gevestigde beleggingsfondsen die beleggen in aandelen van grote Amerikaanse bedrijven. Er is geen onderscheid gemaakt naar strategie, stijl of thema. De gegevens zijn afkomstig van publiekelijk beschikbare beleggingsfondsen die actief waren in de periode december 1996 tot en met juni 2011. Elk fonds is minstens drie jaar actief geweest. De steekproef bevat dus zowel fondsen die in de steekproefperiode zijn gestopt met hun activiteiten als fondsen die zijn gestart.

Vanaf december 1999 onderzoek ik ieder half jaar de groep van de op dat moment actieve fondsen. Van elk fonds bereken ik het jaarlijks gemiddelde rendement over de laatste drie jaar. Vervolgens maak ik een frequentieverdeling van de gemiddelde rendementen. Deze verdeling toont de spreiding van de prestaties van de onderzochte fondsen. De grafiek aan het einde van deze column toont het resultaat van deze inspanning.

Standard & Poors 500 Index

De blauwgeblokte lijn in de grafiek toont elk half jaar het jaarlijkse gemiddelde rendement over de laatste drie jaar van de Standard &Poors 500 Index (S&P 500). Dit is de index van de 500 grootste Amerikaanse bedrijven gemeten naar hun beurswaarde. De grafiek laat zien dat aan het begin van de steekproefperiode de prestaties van de fondsen breed gespreid zijn rond het marktgemiddelde. Dit betekent dat aan het begin van de steekproefperiode de prestaties van de onderzochte fondsen flink verschilden. Verder is in de grafiek te zien dat de frequentieverdelingen een piek tonen rond het marktgemiddelde. Dit betekent dat er een groep van fondsen is die zich duidelijk richt op het marktgemiddelde. Het meest interessante dat de grafiek laat zien is dat de prestaties van de fondsen zich steeds nauwer clusteren rond het marktgemiddelde. Deze waarneming lijkt te suggereren dat de beheerders van beleggingsfondsen steeds meer rekening zijn gaan houden met de prestatie van het marktgemiddelde.

Als een voetbalteam wint dan is het de prestatie van de spelers. Als het team verliest dan is het de schuld van de coach. De coach kan het risico van kritiek op zijn functioneren verlagen door het team verdedigend en behoudend te laten spelen. Dit geldt voor alle coaches, met als gevolg dat de meeste coaches er dezelfde speelwijze op nahouden. Dit principe gaat ook op voor beheerders van beleggingsfondsen. De consument vraagt om het gemiddelde en krijgt daarmee het gemiddelde. Dit biedt perspectief om met diepgaande kwantitatieve en kwalitatieve evaluaties die fondsen te vinden die zich op de lange termijn wel kunnen ontworstelen aan het gemiddelde.

frequentieverdeling prestaties Amerikaanse beleggingsfondsen

Toelichting op grafiek: Frequentieverdelingen van de prestaties van Amerikaanse beleggingsfondsen (grijs) ten opzichte van de prestatie van de S&P 500 Index (blauw). De prestaties zijn inclusief de herbelegging van dividenden. De bron van de onderliggende fondsgegevens is Bloomberg.

Go to the original source