als er wordt gecorrigeerd voor transactiekosten. Bovendien wordt er, wanneer er geen transactiekosten worden opgevoerd, met behulp van het regresseren van Sharpe-Lintner CAPMs voor de meeste datareeksen gevonden dat technische handelsregels een statistisch significant bovengemiddeld rendement opleveren, zelfs na correctie voor risico. Echter, als de transactiekosten toenemen dan wordt de nul hypothese dat door technische handelsregels gegenereerde winsten een beloning zijn voor het dragen van risico, voor steeds meer datareeksen niet verworpen. Tevens wordt bij 0.25% transactiekosten voor vrijwel alle onderzochte datareeksen de nul hypothese dat de beste technische handelsstrategie niet superieur is ten opzichte van de strategie van eenmaal kopen en vasthouden, nadat een correctie is uitgevoerd voor de zoektocht naar die beste strategie, niet verworpen door de RC en de SPA-test. Tenslotte vertoont de recursieve methode van optimaliseren en toepassen van handelsregels geen voor risico gecorrigeerde out-of-sample voorspellende kracht van technische analyse. Er kan dus worden geconcludeerd dat trend-volgende technische handelsregels, na correctie voor transactiekosten, risico en de zoektocht naar de beste strategie, geen economische en statistische significante voorspellende kracht vertonen voor zowel de Dow-Jones Industrial Index als de aandelen genoteerd in de Dow-Jones Industrial Index.

In hoofdstuk 4 wordt de strategieverzameling van hoofdstuk 3 toegepast op de AEX-index en op 50 aandelen genoteerd in de AEX-index in de periode van januari 1983 tot en met mei 2002. Voor zowel het gemiddeld rendement als het Sharpe ratio selectiecriterium wordt er gevonden dat voor elke datareeks een technische handelsstrategie kan worden geselecteerd die in staat is om de strategie van eenmaal kopen en vasthouden te verslaan, zelfs na correctie voor transactiekosten. Bovendien wordt er voor ongeveer de helft van de onderzochte datareeksen gevonden dat de beste strategie een statistische significante voorspellende kracht heeft, ook na correctie voor risico. Vervolgens wordt er een correctie gemaakt voor de zoektocht naar de beste technische handelsregel met behulp van de RC en de SPA-test. Als het gemiddeld rendement criterium wordt gebruikt om de beste strategie te selecteren, dan leiden beide toets procedures tot dezelfde conclusie als minstens 0.10% transactiekosten worden opgevoerd: de beste geselecteerde technische handelsregel is niet statistisch significant superieur aan de strategie van eenmaal kopen en vasthouden. Echter, als het Sharpe ratio criterium wordt toegepast, dan wordt voor ongeveer één derde van de aandelen de nul hypothese van geen superieure voorspellende kracht na correctie voor de zoektocht naar de beste strategie wel verworpen, zelfs als 1% transactiekosten worden opgevoerd. In tegenstelling tot de resultaten gevonden in hoofdstuk 3 vinden we in hoofdstuk 4 dat technische analyse toekomstige koersontwikkelingen kan voorspellen, na correctie voor transactiekosten, risico en data snooping, als het Sharpe

298